Risotto met wortel, champignons en krokante bacon

Bereiding

1. Verhit een pan met dikke bodem met de helft van de roomboter en een scheutje olijfolie. Voeg de fijngesneden bacon, ui en knoflook toe en bak op middelhoog vuur tot de ui zacht is en de bacon begint te kleuren.
2. Voeg de wortel, risotto en tijm toe en roerbak 1 minuut mee. Blus af met de witte wijn en laat iets verdampen. Voeg zoveel bouillon toe tot de risotto net onderstaat. Roer goed door zodat er geen risotto aan de bodem plakt. Verwarm op middelhoog vuur terwijl je regelmatig roert. Voeg steeds opnieuw een beetje bouillon toe als de vorige bijna is opgenomen, de risotto mag niet droog komen te staan. Na circa 20 minuten is de risotto beetgaar en smeuïg. Voeg de laatste 10 minuten van de bereidingstijd van de risotto de doperwten toe.
3. Verhit — ondertussen als de risotto kookt — een koekenpan met een scheutje olie en bak de plakjes bacon op middelhoog vuur tot ze goudbruin zijn. Laat ze uitlekken op een bord met keukenpapier. Voeg de champignons toe aan het achtergebleven bakvet in de koekanpan en bak ze goudbruin. Breng op smaak met peper en zout uit de molen.
4. Roer — als de risotto gaar is — de overige roomboter en 2/3 van de parmezaan door de risotto. Zet het vuur uit en doe de deksel op de pan. Laat de risotto nog 5 minuten rusten.
5. Serveer de risotto met de knapperige bacon, gebakken champignons en de overige parmezaan. (Ook lekker met een drizzle balsamicostroop.)